2009/1
Editieredactie: Alma Lanser-Van de Velde & Corja Menken-Bekius
Goedroen Juchtmans, Vrouwen als rituele experts in huis
Hoe gaan hedendaagse gezinnen om met hun huisrituelen? Om hier zicht op te krijgen heeft de auteur dit gegeven bij een groep Nederlandse gezinnen onderzocht. In dit artikel presenteert zij enkele verrassende uitkomsten, in het bijzonder over de leidende rol van vrouwen bij huisrituelen.
Geertje de Vries, Leren zien – leren geloven. Over werken met beeldende kunst in groepen in de gemeente
De auteur neemt ons mee op haar zoektocht naar voorwaarden om met beeldende kunst te werken bij geloofsvormende activiteiten in een geloofsgemeenschap. Ze onderscheidt verschillende wijzen om naar een kunstwerk te kijken. Ook gaat ze in op de taken van de predikant bij het kijkproces en reikt ze manieren aan om met beeldende kunst aan de slag te gaan als pastor of begeleider van geloofsgesprekken.
Lieke van Houte & Sake Stoppels, Kerkelijke echtscheidingsrituelen, een nieuwe praktijk?
In sommige kerken kunnen echtparen tegenwoordig ook terecht voor een echtscheidingsritueel. Lieke van Houte zocht uit hoe vaak een dergelijk ritueel in de PKN voorkomt, welke vorm men eraan geeft en hoe de betrokkenen er achteraf op terugkijken. Samen met Sake Stoppels schreef ze er een artikel over. De voorbeelden maken duidelijk dat hier allerlei vragen op antwoord wachten.
Corja Menken-Bekius, Men neme een symbool…
Aan de hand van de bespreking van een voorbeeldcasus uit een leerboek voor ritueeldeskundigen, ontmaskert de auteur enkele onderliggende vooronderstellingen die de kern raken van het gebruik van symbolen bij een uitvaart. Zijn symbolen enkel bedoeld om er persoonlijke betekenissen in te stoppen zonder ruimte te laten voor de eigen intentie of inhoud van de symbolen? Moet in een uitvaart enkel de naaste familie erdoor worden aangesproken of doen de andere kerkgangers er ook toe? Kunnen inhoud en vorm van elkaar worden losgekoppeld als het symbolen betreft? Deze bijdrage wil tevens een aanzet tot reflectie zijn over het eigen pastorale handelen in uitvaarten.
Elske Cazemier, Preken in dialoog: ervaring en kans
In het tweede nummer van 2008 werd actieve deelname aan de liturgie in de vorm van bibliodrama in het ziekenhuis als casus ingebracht en besproken. Hier gaat het over een dialogische vorm: preken in dialoog met de deelnemers aan de liturgie. De auteur leerde het in gesprek met mensen met een verstandelijke handicap en ziet het als kans voor menige geloofsgemeenschap op zoek naar inspiratie. De dialogische preek is ook de preekvorm bij uitstek om kinderen en jongeren actief bij de liturgie te betrekken: iedereen kan meedoen en concentreert zich op wat er gebeurt. Voorganger en gemeente zoeken samen naar betekenissen van de bijbelse boodschap in hun leven.
Ciska Stark, Samen preken. Een reflectie op dialogische prediking. Evaluatie van de casus van Elske Cazemier
De auteur van dit artikel reflecteert over de casus ‘Preken in dialoog’. Door de kansen van de dialogische preekvorm te erkennen én de beperkingen ervan in kaart te brengen, daagt ze uit om de hieraan verbonden aspecten goed voor ogen te houden. Ze gaat in op drie thema’s: de hoorders, de prediker en de tekst in relatie tot de boodschap. Tot slot evalueert ze deze vorm van prediking.
Reijer J. de Vries, Pastoraat als discipelschap. Over de bijdrage van Thurneysen aan de hedendaagse pastoraaltheologie
De auteur vertaalt de praktische theologie van Thurneysen voor de praktijk van het hedendaagse pastoraat. Aan de hand van een casus uit het onderzoek van Schelling (1996) laat hij zien dat Thurneysens gespreksmodel een belangrijk perspectief biedt op het pastorale gesprek. Ondanks alle kritiek draagt deze theologie bij aan de houding van de pastor in pastorale contacten en aan de evaluatie van gesprekken met (zoekende) gelovigen.