2016/3 Praten met je handen - Diaconale presentie en prediking
Editieredactie: Herman Noordegraaf en Ciska Stark
INLEIDING | Herman Noordegraaf & Ciska Stark
Diaconale presentie en motiverende prediking
Hoe verhoudt de prediking, als vanouds de vorm van toerusting van de gemeente, zich tot de vernieuwde diaconale impulsen van deze tijd? Kan zij bijdragen aan het vormen van een motiverende en overtuigende eenheid in de vanouds vaak gescheiden werelden van vieren, verkondigen en delen? Hoe vormt de Bijbel een inspiratiebron tot diaconale prediking? Kunnen prediking en diaconie elkaar inspireren en wat hebben predikers daartoe dan nodig? En hoe bouwen predikers dan aan een diaconale gemeente en diaconale praktijken zonder dat deze uiteenvalt door verschillende inzichten op politiek of ethisch gebied?
Deze vragen vormen de insteek van dit themanummer van Handelingen en verschillende praktijkreflecties geven inzicht in mogelijkheden. Allereerst is ook een verkenning van de functie en het wezen van de prediking vereist.
U kunt het hele artikel lezen door te klikken op Inleiding
VERKENNING | Peter van de Kamp
Met kloppend hart!?
De diaconale dimensie van preken
Paus Franciscus heeft een Jubeljaar van de Barmhartigheid afgekondigd. Het is op 8 december 2015 ingegaan en zal op 20 november 2016 eindigen, op de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Dit themanummer van Handelingen verschijnt in de loop van dit heilige jubeljaar. In de pauselijke bul hierover (Misericordiae Vultus van 11 april 2015) vraagt Franciscus onder andere aandacht voor het verkondigen van barmhartigheid. Anders gezegd: hij pleit voor de diaconale dimensie van preken. In navolging van zijn voorganger Johannes Paulus II in de encycliek Dives in Misericordia (1980) benadrukt hij dat de kerk de opdracht heeft om ‘de barmhartigheid van God te verkondigen, het kloppend hart van het evangelie’ (§12). Aan die typering ontleen ik de titel van dit artikel: ‘Met kloppend hart!?’ De vraag is hoe prediking en diaconaat zich tot elkaar verhouden. Hoe krijgen barmhartigheid, gerechtigheid en duurzaamheid als belangrijke diaconale categorieën stem in de prediking van de kerk?
REFLECTIE | Jozef Wissink
Bevrijdend preken is diaconie aan het leven
Wanneer we het Griekse woord diakonia in zijn eerste betekenis nemen, die van bemiddeling van een boodschap, is de preek vanzelf diakonia: de diaconie van het Woord. Maar het thema van dit nummer van Handelingen betreft de relatie tussen de preek en de diaconie in de zin van de zorg voor armen, noodlijdenden en wat daarmee samenhangt. Met de woorden ‘wat daarmee samenhangt’ wordt gedoeld op de zorg voor een barmhartige en rechtvaardige samenleving. Deze politieke dimensie van het leven komt in de diaconie in het vizier, omdat armoede vaak ook maatschappelijke oorzaken heeft en omdat de overheid mag worden aangesproken op haar armoedebeleid of het gebrek daaraan. De kerk kan deze politieke dimensie van het leven niet opslorpen, omdat ze dan zelf een slechts politieke grootheid zou worden, maar tegelijk raakt ze deze dimensie vanwege haar zorg voor de armen.
BETOOG | Trinus Hoekstra
Het diaconale DNA van de Protestantse Kerk: genetisch bepaalde omissie
De ingang voor dit artikel1 is de beleidsnota Kerk 2025: Waar een Woord is, is een weg van de Protestantse Kerk in Nederland.2 Deze beleidsnota stelt Trinus Hoekstra hier exemplarisch voor kerkelijk beleid ten aanzien van diaconaat. De spits van het artikel is dat kerkelijk beleid in deze bepaald wordt door een omissie in de verzoeningsleer die diep in de christelijke traditie is ‘ingeschreven’. Een omissie die bewerkstelligt dat ‘we’ ons verzoening niet op een diaconaal gerichte wijze toe-eigenen en daarmee een grote invloed heeft op hoe we theologisch naar diaconaat kijken.
PRAKTIJK I | Bert Altena
De reikwijdte van het haalbare vergroten
In dit praktijkbericht belicht Bert Altena een recente preek waarin een diaconale dimensie aan bod komt zonder bijzondere thematische aanleiding. Dit artikel is ook te lezen op zijn eigen blog.
PRAKTIJK II | Luc Tanja
Alledaagse verkondiging
‘De groep van gelovigen was een eenheid. Ze waren het over alles met elkaar eens. Niemand wilde zijn bezit alleen voor zichzelf houden. In plaats daarvan deelden ze alles wat ze hadden.’ Een bekende passage (Handelingen 4:32, BGT). Het is het verhaal van de eerste christelijke gemeente. In zijn werk als straatpastor komt Luc Tanja, wellicht verrassend, vergelijkbare verhalen tegen.
PRAKTIJK III | Elske Cazemier
Voor de nood van de wereld en onze eigen nood
Elske Cazemier verhaalt van een viering in een verpleeghuis, waar bewoners, wijkgenoten en mensen met een verstandelijke beperking aan deelnemen. En dan wordt duidelijk dat deze mensen, die zelf volledig verzorgd of begeleid worden, bijzonder betrokken zijn op de wereld om hen heen. Spontaan, krachtig en ontroerend ontstaat er diaconaat.
IN BEELD | René Rosmolen
Aan den lijve
Beeldmeditatie bij Vincent van Gogh, ‘De barmhartige Samaritaan’, olieverf op doek, gedateerd 1890
PREEK | Marzouk Aulad Abdellah
Barmhartigheid als levenshouding in de islam
Wat opvalt in de Koran – de belangrijkste rechtsbron – is dat alle hoofdstukken, behalve soera at-Tawbah, beginnen in de Naam van God, direct gevolgd door de eigenschappen van de Barmhartige en de meest Genadevolle. Dit duidt klaar en helder op het belang van barmhartigheid in de Qur’an en de profetische traditie.
Allereerst laat dit zien dat barmhartigheid een van de eigenschappen van God is en tegelijkertijd ook een ethische waarde vormt die in praktijk gebracht moet worden.
Ten tweede staat barmhartigheid boven alle overige eigenschappen. Het handelen uit barmhartigheid is een regel die nooit ofte nimmer opgeheven wordt. Het is de regel in de omgang tussen moslims onderling en tussen moslims en niet-moslims.
LEZING | Arslan Karagül
Het belang van zakat voor de gemeenschap
‘En zij die goud en zilver oppotten en geen bijdrage op Gods weg geven, zeg hun een pijnlijke afstraffing aan op de dag dat zij in het vuur van de hel verhit zullen worden; dan zullen hun voorhoofden, hun zijden en hun ruggen verzengd worden. Dit is voor wat jullie voor jezelf opgepot hebben. Proeft dan wat jullie aan het oppotten waren.’ (Koran 9:34v)
Het begrip ‘zakat’ wordt in het Nederlands door verschillende termen weergegeven: armenbelasting, religieuze belasting, weldadigheid, verplichte aalmoes, enzovoort. Behalve ‘zakat’ kent de islam ook het begrip ‘sadaqa’. Dat kan in het Nederlands meestal met aalmoes of liefdadigheid weergegeven worden, maar soms wordt in de Koran met sadaqa ook zakat bedoeld. In de hadith (overlevering) betekent sadaqa vaak liefdadigheid of aalmoes. Dit impliceert dat er twee soorten sadaqa zijn: vrijwillige (aalmoes of liefdadigheid) en verplichte (zakat). De eerste kent geen enkele beperking of voorwaarde. De tweede (zakat) kent wel beperkingen en voorwaarden.
In dit artikel kijken we eerst naar het verschil tussen zakat en sadaqa en naar de implicaties van dit verschil voor het handelen. Vervolgens gaan we nader in op de inhoud en voorwaarden van de zakat. Ten slotte besteden we aandacht aan de betekenis van de zakat voor de samenleving.
ONDERZOEK | Herman van Well
De wijk nemen
Diaconaat in de Rotterdamse Tarwewijk
Herman van Well doet verslag van zijn onderzoek naar sociaal-maatschappelijke verbondenheid en betrokkenheid van jonge christelijke geloofsgemeenschappen van diverse etnische en culturele signatuur met de mensen in en voor de Rotterdamse Tarwewijk.
VRAAGGESPREK | Nico Krijn
‘Een preek legt de verbinding – als een brug’
Prof.dr. Eelke de Jong studeerde econometrie en werd in 1994 aangesteld als hoogleraar Internationale Economie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Vanaf zijn jeugd is hij een trouwe kerkganger en hij put inspiratie uit de vele preken die hij gehoord heeft. Hij herinnert zich nog specifieke preken uit zijn studententijd die zijn leven gevormd hebben. ‘Die preken’, vertelt hij, ‘kunnen schuren, bemoedigen en troosten.’ We ontmoeten elkaar in zijn werkkamer aan de universiteit. Hij spreekt serieus en is ook goedlachs, met af en toe een daverende klap met zijn hand op tafel, om zijn woorden kracht bij te zetten.
SLOTREFLECTIE | Herman Noordegraaf & Ciska Stark
Diaconaat als kloppend hart van de prediking
‘Ons geloof, het geloof van de christenen, daar zit schrik in. Het heeft weet van de complete rotzooi die deze wereld is. Daar schrik je van. Van de drek en het afval en het puin. Dat eerst. En pas dan komt de blijde boodschap. Eerder is er geen enkele reden om dom grijnzend op de kansel te gaan staan en de mensen voor je, met hun echte nood, met hun kapotte huwelijken en zieke kinderen, mensen die hun broers en zussen verliezen en van wie de ouders dementeren, mensen met gebroken harten en gekrenkte trots, om die met slap gemoedelijk geleuter en sociale kitsch in slaap te sussen.’ (Esther Maria Magnus, Mintijteer, 2016, 224)
In de onlangs vertaalde en veelgeprezen roman Mintijteer van Esther Maria Magnus klinkt te midden van de grote Godsvragen onderhuids flink wat kritiek op de prediking. De Duitse schrijfster is opgegroeid in een deels protestantse en deels rooms-katholieke atmosfeer, en herinnert zich uit de jaren negentig van de vorige eeuw vooral veel van wat zij ervoer als maakbaarheidsprediking. Daarin viel het Koninkrijk van God, waarin recht en vrede heersen, ongeveer samen met onze bereidheid om de ‘handen en voeten’ van het evangelie en van Jezus Christus te worden. De deceptie die dit soort prediking voor haar oplevert is schrijnend als noch deze naïeve prediking, noch God zelf bij machte blijken om de barre werkelijkheid van lijden, onrecht en dood merkbaar uit te bannen. Genoeg om je geloof voorgoed te verliezen. Tenzij God zelf zich laat kennen, maar hoe dan?
Dit voorbeeld raakt aan de fundamentele vragen van dit themanummer van Handelingen naar de verhouding en wederkerigheid tussen de vanouds vaak gescheiden werelden van prediking en diaconaat, van verzoening in woord en daad. Het gaat daarbij, zo leren we uit artikelen, namelijk niet alleen om practice what you preach, dus om een geloofwaardige congruentie tussen spreken en handelen, maar fundamenteel om een récht doen aan de werkelijkheid van God en die van alledag waarin mensen zich gaande houden.
In vier stappen bezien we de oogst van dit nummer en reflecteren op de vraag:
(1) Wat is of kan diaconale prediking zijn en welke functie kan het hebben?
(2) Hoe uit het zich in kenmerken en betrokkenen?
(3) Hoe kan de voorganger de preekvoorbereiding vormgeven in relatie tot de participanten?
(4) Hoezeer heeft diaconaat een gemeenschap nodig?
ACTUEEL
Studiedag ‘Predikant en Diaconaat’
Op vrijdag 3 juni is in het Protestants Landelijk Dienstencentrum de studiedag ‘Predikant en Diaconaat’ gehouden. Het doel van de studiedag, georganiseerd door Kerk in Actie in samenwerking met de Protestantse Theologische Universiteit (PThU), was om predikanten toe te rusten met het oog op hun betrokkenheid op het diaconaat van nu. Daarnaast ging het ook om bezinning op het diaconaat in de toekomst in het kader van de beleidsnota van de Protestantse Kerk in Nederland, Kerk 2025: Waar een woord, is een weg. De aanleiding voor de studiedag was een workshop voor predikanten op de Landelijke Diaconale Dag van 2015, waarin de vraag werd gesteld of en hoe predikanten vanuit het ambt hun betrokkenheid op diaconaat kunnen denken.
Inleidingen werden achtereenvolgens gehouden door prof.dr. Herman Noordegraaf, bijzonder hoogleraar Diaconaat aan de PThU, dr. Rein Brouwer, docent Praktische Theologie aan de PThU, dr. Trinus Hoekstra, projectmanager Kerk in Actie binnenland met specifieke aandacht voor Predikant en Diaconaat en ds. Karin van den Broeke, preses van de Synode van de Protestantse Kerk in Nederland. Daarnaast heeft een drietal predikanten een verhaal over hun praktijk gehouden.
Van de studiedag is een verslag beschikbaar. Het verslag bevat de tekst van de gehouden inleidingen en een impressie van het plenaire gedeelte van de dag geschreven door drs. Jac Franken, werkzaam bij het expertisecentrum van de Dienstenorganisatie. Het gehele verslag is via de website van Kerk in Actie te lezen.