2019/3 Verwaterd geloof - geloven als water
Editieredactie: Monique van Dijk-Groeneboer
INLEIDING | Monique van Dijk-Groeneboer
Verwaterd geloof - geloven als water
De metafoor ‘water’ voor geloven verwijst naar christelijke uitdrukkingen, zoals ‘God/Jezus is het levende water’. Dat dit geen bekende metafoor meer is in de huidige tijd zal evident zijn. Veel christelijke begrippen verdwijnen uit ons taalveld, omdat de kennis erover ook afneemt. Regelmatig is religiositeit in Nederland echter wel in het nieuws.
U kunt het hele inleidende artikel lezen door te klikken op inleiding
ONDERZOEK | Joep de Hart
Levensbeschouwing in viervoud
Nederland verandert. Religie ook. Dat was zo en dat is nog steeds zo. In deze bijdrage bespreken we vier in het oog springende ontwikkelingen, die in ruim een halve eeuw het Nederlandse levensbeschouwelijke landschap behoorlijk door elkaar geschud hebben. Ze zijn goed gedocumenteerd in de grootschalige onderzoeken die het Sociaal en Cultureel Planbureau al decennia lang uitvoert onder de Nederlandse bevolking.
ONDERZOEK | Erik Sengers
Veranderingen in katholiek Nederland
Kwetsbaarheid en belang van instituties
Kerkelijke instituties hebben het in Nederland niet gemakkelijk. Om verschillende redenen, die te maken hebben met de andere manieren van omgaan die mensen tegenwoordig hebben, staat hun voortbestaan onder druk. Dit heeft gevolgen voor de waarden die ze beschermen. Wat betekent afname voor de kerkelijke organisatie, voor roepingen, voor gebouwen, voor de categoriale pastoraal, voor religieuze gemeenschappen?
ONDERZOEK | Joantine Berghuijs
Het veelkleurige palet van meervoudige religiositeit in Nederland
In ons multireligieuze land zijn behalve de basiskleuren van de grote religieuze tradities ook steeds meer mengkleuren te zien. Dan gaat het om mensen die zich laten inspireren door meer dan één religieuze traditie en hun leven daarmee op creatieve wijze inrichten.
Dit artikel laat eerst zien dat meervoudige religiositeit bepaald geen te verwaarlozen verschijnsel is, en dat het niet alleen buiten, maar juist ook binnen de kerken voorkomt. Na dat cijfermatige begin deel ik met u iets van de vreugden, de worstelingen en de wijsheden die een rol spelen in het leven van meervoudig religieuzen, met wie ik voor mijn onderzoek aan de Vrije Universiteit en voor mijn boek Meervoudig religieus. Spirituele openheid en creativiteit onder Nederlanders (2018) contact heb gehad. Ten slotte besteed ik aandacht aan meervoudig religieuze betrokkenheid (MRB) en de kerken.
Dit artikel is grotendeels gebaseerd op genoemd boek, waarin de onderzoeksmethodiek uitvoeriger verantwoord staat dan hier mogelijk is.
PRAKTIJK | Heleen Ransijn
Geloven als levend water in een seculiere tijd
Wat is er nodig voor een christelijk geloven dat geloofwaardig is in een tijd die niet alleen wordt getekend door seculariteit maar ook door pluraliteit? Deze bijdrage gaat op zoek naar ingrediënten voor en vindplaatsen van geloofwaardig christendom.
Zeggen dat we in Nederland tegenwoordig leven in een samenleving waarin de seculariteit domineert, is een deur intrappen die zó ver open staat dat er niets meer in te trappen valt. Niettemin is kennelijk ook in een seculier tijdperk de vraag rond religie, godsdienst, geloof – in het discours hierover worden deze begrippen nogal eens door elkaar gebruikt – nog steeds een hot item. Discussies in de media en in het dagelijks leven over religie achter de voordeur, geloof en geweld, of het bijzonder onderwijs kunnen hoog oplopen. Doorgaans overigens met allerlei negatieve connotaties bij alles wat met ‘geloven’ te maken heeft. Religiositeit anno 2019 is verre van vanzelfsprekend en ook kennelijk niet probleemloos.
Is christelijk geloven daarmee irrelevant geworden? Dit is een vraag die veel hedendaagse christenen, waaronder ikzelf, met een hartstochtelijk ‘nee’ zullen beantwoorden. Het is echter wél duidelijk dat geloven in onze dagen er anders uit ziet dan in de dagen van onze grootouders of zelfs maar onze ouders. Dat brengt mij tot de vraag die aan de basis ligt van dit artikel: wat is er nodig voor een christelijk geloven dat geloofwaardig is in een tijd die niet alleen wordt getekend door seculariteit maar ook door pluraliteit? Ik wil daarbij niet alleen zoeken naar ingrediënten daarvoor, maar ook kijken waar ik deze in de praktijk tegenkom.
In het papieren nummer van Handelingen 2019/3 is helaas de literatuurlijst bij het artikel van Heleen Ransijn weggevallen.
Daarom kunt u hem downloaden door op deze link te klikken.
BESCHOUWING | Ronelle Sonnenberg
‘Youth ministry’: praktijken van hoop?!
Youth ministry aan jonge mensen in Nederland die gelukkig zijn, maar ook kwetsbaar en angstig, vraagt om een rijke theologie, waarin aandacht wordt gegeven aan groei- en bloeimogelijkheden, en aan hoop te midden van wanhoop. Pedagogiek en theologie spreken hierin een eigen woordje mee. Dit artikel beschrijft en doordenkt mogelijkheden, criteria en spanningsvelden.
Statistieken laten al jaren zien, dat er steeds minder jongeren bij de kerk betrokken zijn (zie hiervoor ook de bijdragen van De Hart en Sengers in dit nummer) en tegelijkertijd zijn er vele jongeren wel bij de kerk en/of bij christelijke praktijken betrokken. Die jonge mensen moeten we niet allereerst bezien vanuit wie er niet is, maar vanuit wie zij zijn, en hoe de kerk voor hen van betekenis kan zijn.
Deze bijdrage wil richting wijzen aangaande youth ministry in relatie tot hoop. Onder youth ministry versta ik, in aansluiting op de omschrijving van Senter (2001, xi), de momenten en reflecties in en vanuit kerken waarin de dienst aan God, de gelovigen, en de wereld, expliciet wordt verbonden met kinderen en jongeren. Voor youth ministry is kennis van en verdieping in de leef- en belevingswereld van jonge mensen noodzakelijk.
BESCHOUWING | Maarten Meester
Is nieuwe spiritualiteit wel zo nieuw?
Als zevenjarig jongetje verbaasde ik me over de stelligheid waarmee de pastoor zijn boodschap bracht – hoe wist die man dat allemaal zo zeker? Als tienjarige verloor ik mijn geduld bij de hare krishna’s – waarom moest dat chanten een eeuwigheid duren?
Van oorsprong katholiek, begonnen mijn ouders rond mijn achtste jaar aan een spirituele queeste langs onder meer transcendente meditatie, antroposofie, de Hare Krishna- en Bhagwan-beweging. Vandaar dat met name het volgende deel van de Handelingen-vraagstelling mij verbaasde: ‘Als men zelf zich betrokken voelt bij een bepaalde vorm waarin religie beleefd wordt, kan men daar moeilijk afscheid van nemen of beseffen dat er ook andere vormen kunnen zijn waarin men geloof beleeft.’
Toen ik in 2007 op verzoek van uitgeverij Ten Have een boek over nieuwe spiritualiteit schreef, merkte ik dat ook aanhangers van oude religie en nieuwe spiritualiteit een duidelijke breuk zagen tussen beide. Mike George van de Brahma Kumaris Spirituele Academie zette het standpunt van de ‘nieuwkomers’ helder neer: 'Religie wil ons doen ‘geloven’ dat er een God bestaat, een geloof dat vaak inhoudt dat het niet mogelijk is om God te kennen, direct of indirect, of zelfs om hem te benaderen. (...) Spiritualiteit, aan de andere kant, moedigt ons aan afscheid te nemen van al onze beperkte denkbeelden en zowel nederig te zijn als open te staan voor de mogelijkheid dat God aanwezig is in je leven. Vandaar de nadruk op persoonlijke ervaring in plaats van op een aangeleerd of overgeërfd geloof. (...)
SLOTREFLECTIE | Monique van Dijk-Groeneboer
Je laven aan die rijke, veelkleurige diversiteit
Aan het eind van dit themanummer is het goed terug te blikken op de verschillende bijdragen in dit rijke Handelingen-nummer. Rijk, omdat het de prachtige diversiteit laat zien van geloven in Nederland anno 2019.
We zien zeker voorbeelden van verwaterd geloof in de bijdragen van De Hart en Sengers. We leren dat institutionele religie afkalft en in die zin verwatert. De spoeling wordt dun in de Nederlandse kerken. Lid worden is niet meer vanzelfsprekend en naar de kerk gaan evenmin, zo beschrijft De Hart.
De dagen zijn alle zeven vergelijkbaar geworden, omdat de zondagsrust niet meer heilig blijkt en bijvoorbeeld islamitische Nederlanders juist op vrijdag een vrije dag gepast zouden vinden. De groei van migrantenreligies versterkt deze verandering. Dat bijvoorbeeld de zondagsrust van oudsher door de christelijke wortels zo ontstaan is in ons land, is voor velen niet meer bekend.
INTERVIEW | Tom Lormans
Tilburg-hoogleraar Saskia Lavrijsen:
'Belangrijk dat er luikjes opengaan’
Saskia Lavrijssen (1976, Waalre) is hoogleraar Economic Regulation and Market Governance aan Tilburg University. Zij doet onderzoek naar de juridische en economische grondslagen van de regulering en het toezicht op markten, waaronder netwerk-industrieën zoals de energie- en watersector. Zij is verbonden aan het Tilburg Law and Economics Center. Ook is zij research partner van de Kansspelautoriteit. In 2006 verdedigde ze haar goed ontvangen proefschrift over onafhankelijke mededingingsautoriteiten en goed bestuur.
Zij is oprichter van Oyster Legal, een gespecialiseerd juridisch adviesbureau op het gebied van toezicht, regulering en energierecht, dat overheden, consumentenorganisaties en bedrijven bijstaat in het ontrafelen van complexe juridische vraagstukken.
Hoe staat u in uw persoonlijke en professionele leven in het geloof?
‘Ik ben katholiek opgevoed en ik ging vroeger veel naar de kerk. Ik heb de communie gedaan en het vormsel, ik ben ook getrouwd voor de kerk en mijn kinderen zijn gedoopt. Nu ga ik niet meer zo vaak naar de kerk.
Wat nog altijd het stukje cultuur en opvoeding is dat ik meeneem in zowel mijn persoonlijke leven als in mijn werk, is dat je bepaalde waarden nastreeft. Religieuze waarden, maar ook waarden die gekoppeld zijn aan universele mensenrechten: ‘wees goed voor een ander’, ‘pas goed op de wereld’, ‘probeer een ander te helpen’ en ‘probeer niet te liegen’. Waarden die ik zelf altijd probeer toe te passen in mijn leven en werk. Daarin ben ik erg gedreven, merk ik, het heeft me meer gevormd dan ik besefte.
Ik ging vroeger met mijn oma ook naar Banneux (Mariabedevaartsoord in de Belgische provincie Luik, red.) en ik ben zelf ook op bedevaart geweest. Het speelde een grote rol in mijn jeugd. Maar op een gegeven moment ben je een van de weinigen en ben ik er losser van gekomen. Nu zijn bepaalde waarden voor mij heel belangrijk en ik vind het ook soms fijn om in privé-situaties, bij een sterven of een andere ernstige gebeurtenis, een moment van bezinning te vinden. Dat vind ik dan in de kerk, omdat dat bij mijn cultuur hoort. Als ik ergens anders in de wereld was geboren, was ik misschien wel naar een moskee gegaan. Voor mij is religie nauw verbonden met waar je bent opgegroeid en wat je cultuur is.
DE PROMOTIE | Edwin van der Zande
Life Orientation for Professionals
In het hoger beroepsonderwijs is er ruime aandacht voor de wat- en voor de hoe-vraag. Het gaat immers om kwalificatie door kennis en vaardigheden op te doen die nodig zijn voor het uitoefenen van een beroep. Nieuwkomers kijken met frisse ogen naar de beroepspraktijk en willen nog weleens de vraag stellen ‘waarom doen jullie dat zo?’. Deze waarom-vraag lijkt veel op de hoe-vraag, maar wat gebeurt er als je verder doorvraagt? De waartoe-vraag achter het handelen, de vraag naar het hogere doel, naar dieperliggende motivaties? De onderzoeksvraag van mijn promotieonderzoek was daarom: ‘Welke betekenis heeft een persoonlijke levensoriëntatie voor de normatieve professionalisering van studenten en young professionals?’
IN BEELD | René Rosmolen
Iconen als levende bronnen?