Literatuuroverzicht liturgische en rituele studies 2007-2012 - Martin Hoondert
Sinds 1997 verzorgde mijn collega Paul Post het ‘Literatuurbericht liturgische en rituele studies’ in de voorganger van dit tijdschrift, Praktische theologie. Hij verzamelde zijn literatuurberichten tot en met 2005, thematisch geordend, in het boek Liturgische bewegingen (Post, 2006). Na publicatie van dit boek verzorgde Post nog een literatuurbericht in 2007 onder de titel ‘Plaatsen van handeling’ (Post, 2007).
Het literatuuroverzicht dat ik hier presenteer bouwt voort op het werk van Post, niet alleen op zijn publicaties in Praktische theologie, maar ook op de door hem verzorgde uitgebreide literatuuroverzichten in Archiv für Liturgiewissenschaft (Post, 2003; 2009). Ik ben hem in hoge mate schatplichtig doordat hij mij en mijn collega’s in de onderzoeksgroep Religie & Ritueel van de Tilburg School of Humanities steeds weer wijst op nieuwe literatuur, vruchtbare verkenningen, nieuwe methoden en theoretische inzichten.
In dit artikel geef ik een overzicht van publicaties uit de periode 2007-2012. Volledigheid streef ik niet na, ik poog een deel van de grote hoeveelheid aan publicaties geordend weer te geven om zo trends in het onderzoek naar rituelen in het algemeen en liturgie in het bijzonder op het spoor te komen. Dit laatste, het weergeven van enkele trends, is de eigenlijke doelstelling van dit overzicht. Samenvattend en in verkorte versie heb ik de trends beschreven in het ‘Trendbericht’ in Handelingen 2013/2. Ordenend en selecterend kom ik tot zeven trends. Een eerste trend is meer algemeen: een verkenning van de ontwikkelingen in de ritual studies, waarbij ik toespits op transfer en transformatie van rituelen. Vervolgens zet ik in op performance, plaats, dood en herinnering, heil en heling. Tot slot besteed ik aandacht aan publicaties die verschenen zijn in het kader van de vijftigste verjaardag van het Tweede Vaticaans Concilie, en aan publicaties inzake muziek, religie en ritueel, mijn eigen specialisatie.
Ritual studies: aandacht voor transfer en transformatie van rituelen
In 2010 verscheen, als 25e deel in de reeks Liturgia condenda, een historiografie van de liturgiewetenschap in Nederland (Tongeren, 2010). Het verschijnen van deze historiografie werd door het Instituut voor Rituele en Liturgische Studies (IRiLiS) aangegrepen om het profiel en de positie van de liturgiewetenschap opnieuw aan te scherpen (Tongeren & Post, 2011). De huidige liturgiewetenschap verstaat zichzelf veelal als onderdeel van de cultuurwetenschappen en de ritual studies (Kranemann & Post, 2009). Het ritueel – als algemene categorie waarvan de liturgie onderdeel uitmaakt – biedt als gesitueerde praktijk toegang tot de cultuur. Het is dan ook voor de liturgiewetenschap vruchtbaar gebruik te maken van de inzichten en theorieën uit de ritual studies, waarbij echter het eigen perspectief, namelijk de oriëntatie op religie en het heilige, niet losgelaten moet worden.
Een kerndomein van de ritual studies is de reflectie over theorie en methode. Een goede exponent hiervan is de uitgave Theorizing rituals (Kreinath, Snoek & Stausberg, 2006). Deel 1 van deze uitgave gaat in op de definitie van ritueel en op klassieke topics als de verhouding mythe-rite, ritueel in de samenleving, religieus en seculier ritueel, structuur van ritueel handelen, ritueel en betekenis. Daarnaast komen diverse theoretische benaderingen van het ritueel aan bod (o.a. het ritueel als performance, ritueel en gender) en concepten als agency, embodiment en emotie. Deel 2 van deze uitgave is een beredeneerde bibliografie. Vanuit het perspectief van Afrikaanse studies reflecteerde Wouter van Beek op de betekenis van het ritueel in zijn inaugurele rede die als ondertitel meekreeg: Betekenis en boodschap van het ongewone (Beek, 2007). In deze rede besteedt Van Beek ook ruime aandacht aan sport als ritueel.
Dominante thematieken in recente publicaties binnen het domein van de ritual studies zijn transfer en transformatie. Zowel vanuit historisch als vanuit geografisch en cultureel perspectief kunnen we constateren dat rituelen (of elementen daaruit) verplaatst worden van de ene naar de andere context (transfer). Bovendien zijn rituelen lang niet altijd zo stabiel en onveranderlijk als wij vaak denken. Onder invloed van de genoemde transfer en andere processen is er sprake van transformatie van rituelen. Beide processen kunnen we ook aanduiden als ‘re-invention’ van rituelen, al zijn er wel belangrijke accentverschillen. Bij ‘re-invention’ ligt de nadruk op de actuele herneming van het ritueel; bij ‘transfer en transformatie’ is ruimere aandacht voor de herkomst van rituele elementen en de veranderingen (in vorm en betekenisgeving) die optreden door domeinwisselingen en verschuivingen. Diverse auteurs besteden aandacht aan deze complexe thematieken. In de Oxford Ritual Studies Series verscheen het boek Negotiating rites (Hüsken & Neubert, 2012). De auteurs van dit boek laten zien dat rituelen vaak tot stand komen door debat en processen van interactie en ‘onderhandeling’. Zij behandelen deze thematiek aan de hand van rituelen die plaatsvinden binnen de context van met name het boeddhisme en hindoeïsme, maar toch biedt deze studie een boeiend denkkader, ook voor de kerken in Nederland. Denk aan het debat over liturgisch-muzikale repertoires, waarin volop sprake is van uitwisseling van standpunten, interactie en in zekere zin ook onderhandeling tussen vertegenwoordigers van verschillende muzikale stijlen zoals het klassieke kerklied enerzijds en het evangelicale kerklied anderzijds. Het nieuwe protestantse Liedboek kunnen we beschouwen als het resultaat van een proces van interactie en onderhandeling.
Verandering van ritueel is het focus van het boek Ritual matters (Brosius & Hüsken, 2010). Noties als ‘transfer van rituelen’, de verhouding ritueel-theater, marginalisering en de invloed van emoties komen in deze studie aan bod. Ook hier vormen rituelen in Aziatische context het uitgangspunt, maar dat maakt de inzichten die dit boek biedt niet minder relevant. Met name de hoofdstukken over transfer van rituelen kunnen ons helpen om de huidige veranderingen in het ‘rituele landschap’ van onze cultuur beter te verstaan. Een voorbeeld: wat gebeurt er met het bijbelse passieverhaal als we dit uitvoeren op een stadsplein en daarbij gebruikmaken van bekende popsongs? Wat is de aard van het ritueel dat hier voltrokken wordt, hoe verhoudt dit nieuwe ritueel zich tot de voltrekking van de passie in de liturgie van Goede Vrijdag enzovoort?
Het mislukken van een ritueel is het onderwerp van het boek When rituals go wrong (Hüsken, 2007). In algemene zin is er weinig aandacht voor ‘fouten en falen’ van rituelen. Vaak zien we rituelen en hun werking als onafhankelijk van de motivaties van de performers. Dit boek laat zien dat rituelen wel degelijk kunnen mislukken en dat rituelen zich vaak ontwikkelen dankzij mislukkingen.
De bundel Rituals in an unstable world verkent hoe rituelen een plaats vinden in de actuele postkoloniale en globaliserende wereld (Henn & Koepping, 2008). Uitgangspunt is de constatering dat de fascinatie voor religieuze rituelen niet verdwenen is. De kracht van rituelen is hun flexibiliteit en ambiguïteit: ze combineren structuur en contingentie, identiteit en hybriditeit, script en embodiment. In Rituals and its consequences (Seligman, Weiler, Puett & Simon, 2008) ligt de nadruk op de rol van rituelen als middel tot oriëntatie in een ambivalente wereld. Het ritueel creëert een situatie van ‘as if’ (‘als het zo zou zijn dat …’). Het is de gedeelde ervaring van een wereld zoals die zou kunnen zijn, die een groep bindt en bijeenhoudt. Creativiteit is daarbij van belang. Rituele kennis veronderstelt de competentie om in nieuwe situaties te kunnen handelen in het spanningsveld van creativiteit en traditie.
Tot slot van deze eerste trend noem ik nog enkele belangrijke onderzoeksprogramma’s. In Heidelberg loopt het programma Ritualdynamik: Soziokulturelle Prozesse in historische rund kulturvergleichender Perspektive (www.ritualdynamik.de), en in het Verenigd Koninkrijk het Religion and Society Research Programme waaraan onder meer Linda Woodhead verbonden is (www.religionandsociety.org.uk). In Heidelberg werd in 2008 een groot congres georganiseerd dat resulteerde in een vijfdelige publicatie die een goed beeld geeft van de actuele themavelden in de ritual studies (Michaels, 2010-2011). Met name deel 2 (‘Body, performance, agency and experience’) en deel 5 (‘Transfer and spaces’) zijn van groot belang voor het actuele rituelenonderzoek.
Aandacht voor performance, performativiteit en ervaring
Een bijzonder project vanuit dit perspectief is het onderzoek van de kerkmusicus en liturgist John Harper (Bangor University, Wales). Harper werkt sinds 2010 aan een omvangrijk project waarin hij middeleeuwse liturgie onderzoekt via de weg van liturgical enactment: The experience of worship in late medieval cathedral and parish church project (www.experienceofworship.org.uk). Harper was in november 2012 te gast bij de onderzoeksgroep Religie & Ritueel van de Universiteit van Tilburg en liet aan de hand van videobeelden zien hoe vragen met betrekking tot het middeleeuwse ritueel door middel van enactment benaderd kunnen worden. Deze vragen hebben direct betrekking op de performance: hoe krijgen handelingen gestalte, hoe zien de benodigde voorwerpen eruit en hoe voelen ze, hoe klinkt de rituele muziek, welke mogelijkheden biedt de rituele ruimte?De aandacht voor performance is ook zichtbaar in het proefschrift van Theo van Dun over liturgie in gevangenissen (Dun, 2011). Dit proefschrift staat in de Tilburgse traditie van liturgische etnografie, waarin de beschrijving van de resultaten van het veldwerk het centrale deel vormt. Door de systematische beschrijving van acht vieringen in verschillende gevangenissen stelt de onderzoeker veel performatieve aspecten aan de orde: taalgebruik, ruimte, handeling. Meer praktisch van aard, gericht op de ars celebrandi, is het boekje Voorgaan met lijf en leden (Govaart & Speelman, 2006). “God dienen zonder menselijk lichaam is niet mogelijk”, stellen Govaart en Speelman. Naast reflectie bevat dit boek ook praktische oefeningen. In deze categorie plaats ik ook het boek van Ekkehard Muth, die vanuit protestants perspectief de waarde van rituelen thematiseert in een door het Woord gedomineerde liturgie (Muth, 2009).
De christelijke eredienst als praxis en performance lijkt aan de orde in het boek Het heilige gebeurt van Gerrit Immink (Immink, 2011). De kerkdienst heeft, aldus Immink, een performatieve werking (in de betekenis die John Austin daaraan geeft): “De kerkdienst is een handeling van de gemeente, maar wel een handeling die op haar beurt bij de kerkgangers weer iets in beweging zet.” (blz. 41). Immink verschuift de aandacht van het hermeneutische (‘hoe kunnen we teksten uit het verleden vandaag nog begrijpen’) naar het communicatieve (‘wat brengt het gesprokene teweeg bij de ontvanger’). Wat echter opvalt is dat Immink, staande in de protestantse traditie, vooral aandacht schenkt aan taaluitingen en nauwelijks aan de performatieve aspecten die verbonden zijn met handeling en ruimte.
Aandacht voor plaats, ritueel en sacraliteit
In de literatuurberichten van Paul Post was ‘plaats’ een steeds weer terugkerende categorie. Dit had onder meer te maken met het grote onderzoeksproject Holy Ground – Re-inventing ritual space in modern Western culture waarin onderzoekers uit Tilburg en Groningen samenwerkten. Dit project is inmiddels afgerond met een aantal dissertaties en bundels als resultaat. Ik noem hier de bundels Holy Ground – Re-inventing ritual space in modern Western culture (Post & Molendijk, 2010; met literatuuroverzicht op blz. 10-13), Sacred places in modern Western culture (Post, Molendijk & Kroesen, 2011), waarin tal van heilige plaatsen in onze cultuur worden geanalyseerd (kerken en kapellen, stiltecentra, monumenten, natuur, televisie). Een uitgebreide bibliografie besluit deze bundel (blz. 329-348). Paul Post schreef een monografie onder de titel Voorbij het kerkgebouw (Paul Post, 2010) waarin hij de sacrale velden of zones in de actuele West-Europese cultuur exploreert. Naast het kerkgebouw, als de traditionele plaats voor rituelen en het heilige, zijn er in onze cultuur tal van andere plaatsen waar rituelen plaatsvinden en waar mensen sacraliteit ervaren. Deze plaatsen bevinden zich in het veld van: 1. het herdenken (memory culture), 2. het culturele veld (theater, film, muziek, musea enz.), 3. het veld van de leisure culture (sport, vakantie, natuur, reizen, parken en attracties). Samen met 4. het religieuze veld kunnen we zo vier velden onderscheiden als heuristisch instrument om rituelen en sacraliteitstendenties in onze cultuur op het spoor te komen. Dit model maakt duidelijk dat sacraliteit niet langer gekoppeld is aan één dominant veld. De actuele situatie is fundamenteel a-centrisch: sacraliteit is niet meer primair verbonden met het religieuze veld, de andere velden zijn evenzeer met sacraliteit verbonden. Deze thematiek komt overigens ook aan bod in de bundel Heilig, heilig, heilig. Over sacraliteit in kerk en cultuur (Versnel-Mergaerts & Tongeren, 2011) en in het proefschrift van Goedroen Juchtmans over rituelen in huis (Juchtmans, 2008), waarbij opgemerkt moet worden dat de huisrituelen die Juchtmans beschrijft nog niet zo eenvoudig in te delen zijn in het heuristisch instrument van Post. In dit kader noem ik ook het verslagboek van twaalf jaar vieringen in Museum Boijmans van Beuningen (Kuipers, 2010a), waarin zowel het gebruik van ‘ruimte om te vieren’, als de noties sacraliteit en religie (onder het kopje ‘het gerucht aangaande de Messias gaande houden’) gethematiseerd worden.
Dissertaties die in het kader van het Holy Ground project zijn afgerond, zijn het proefschrift van Jorien Holsappel over stiltecentra (Holsappel-Brons, 2010) en van Judith Tonnaer over een populair plaatsgebonden ritueel om overleden kankerpatiënten te herdenken door het planten van bomen (Tonnaer, 2010).Specifiek gericht op kerkbouw in relatie tot liturgie is de bundel Ruimte voor heiliging (Geldhof, 2011). Dit boek gaat onder meer in op plaatsen die als heilig beschouwd worden en eindigt met enkele aanwijzingen voor de bouw van de kerken van morgen. Een historisch overzicht van belangrijke kerken en kloosters in Europa wordt gegeven in het vanuit het Engels vertaalde boek Kerken van David Stancliffe (Stancliffe, 2009). De auteur verklaart architectonische veranderingen ook vanuit de theologische en liturgische context. Een synthetiserende studie naar het werk en gedachtegoed van Dom van der Laan werd verricht door Michel Remery (Remery, 2011). Remery gaat niet alleen in op de bouwkundige aspecten van het werk van Van der Laan, maar plaatst deze in het kader van zijn opvattingen over theologie en liturgie. Specialistische studies naar het middeleeuwse kerkgebouw werden vanuit de Rijksuniversiteit Groningen uitgebracht (Kroesen, 2009; Kroesen & Steensma, 2012). Onder redactie van Kroesen en Steensma verscheen ook een bundel over de belangrijkste kerkgebouwen in de provincie Groningen (Kroesen & Steensma, 2008).
Direct verbonden met ‘plaats’ is de thematiek van bedevaart en pelgrimage. Recente studies in deze zijn het proefschrift van Ineke Albers over pelgrimage, lopen en genezing (Albers, 2007), een bundel over bedevaarten naar Mariale bedevaartsoorden (Hermkens, Jansen, & Notermans, 2009) en een bundel over moderne, niet specifiek religieuze bedevaartsoorden zoals het graf van Jim Morrison in Parijs of het Vietnam Veterans Memorial (‘The Wall’) (Margry, 2008). Ineke Albers schreef in vervolg op haar dissertatie een fraai boek over enkele belangrijke, vooral christelijke, bedevaartsoorden in Europa (Albers, 2009). Gericht op de Nederlandse context is de bundel Op bedevaart in Nederland (Post & Schuurmans, 2006).Recent is de bundel over grassroots memorials (Margry & Sánchez-Carretero, 2011). Het betreft monumenten en aan plaats gebonden rituelen die ontstaan direct na een tragedie of ongeluk zoals bermmonumenten na een auto-ongeval.Tot slot noem ik hier twee bundels waarin migratie, plaats en rituelen centraal staan: Benedikt Kranemann c.s. (Erfurt) deed onderzoek naar migratie en liturgie in de Duitstalige landen (Kranemann, 2012) en onder redactie van Irene Stengs verscheen een bundel over feesten en rituelen bij immigranten in Nederland. De processen ‘transfer en transformatie’ komen we ook hier weer tegen: de meegebrachte rituelen blijken onderhevig te zijn aan verandering en ingebed in de Nederlandse samenleving (Stengs, 2012).
Aandacht voor rituelen rondom dood en herdenken als kernrituelen in onze cultuur
Onderzoek naar rituelen rondom de dood en herdenken is een belangrijke trend binnen de liturgische en rituele studies. Tijdschriften als Mortality en Death Studies en de Association for the Study of Death and Society (met een tweejaarlijks congres) bieden een podium aan onderzoekers uit diverse disciplines. Naast wetenschappelijke studies verschenen er vele praktische boeken over begrafenis-, rouw- en herdenkingsrituelen, waaraan ik in dit literatuuroverzicht weinig aandacht besteed. Ik verwijs hiervoor naar het tijdschrift Eredienstvaardig (thans: Laetare) waarin ik twee reviewartikelen inzake dergelijke praktische boeken publiceerde (Hoondert, 2008; 2012a).
In Nijmegen werd vanuit het Centrum voor Thanatologie onder leiding van Eric Venbrux onderzoek gedaan naar rituelen rondom de dood en herdenkingsrituelen. Ik noem hier de dissertaties van Meike Heessels over crematierituelen (Heessels, 2012) en van Joanna Wojtkowiak over ‘the postself’ en noties van onsterfelijkheid (Wojtkowiak, 2012). Thomas Quartier schreef een monografie over religieuze rituelen met betrekking tot omgang met de doden (Quartier, 2011) en de Nijmeegse onderzoekers brachten gezamenlijk een bundel uit voor een breder publiek onder de titel Rituele creativiteit (Venbrux, Heessels & Bolt, 2008).
Een breed opgezette bundel onder redactie van Louis van Tongeren is Vaarwel. Deze uitgave gaat in op de verschuiving (transfer!) in vormgeving en duiding (transformatie!) van uitvaartrituelen (Tongeren, 2007b). Richtlijnen voor het rooms-katholieke uitvaartritueel werden gegeven door Jo Hermans, secretaris van de Nationale Raad voor Liturgie (Hermans, 2011a). Gericht op de multireligieuze realiteit van zorginstellingen is de uitgave Rituelen rond het levenseinde (Rituelen rond het levenseinde, 2008). Een praktische uitgave voor uitvaartliturgie en begrafenis is het Duitse werkboek 70 Ansprache mit Symbolen für Trauerdienst und Beerdigung (Hoffsümmer, 2011).
Nieuwe rituelen rondom Allerzielen werden geïnitieerd door kunstenares Ida van der Lee. Zij integreert kunst, herdenken en plaats (begraafplaatsen) tot een nieuw geheel waarin rituelen opnieuw worden uitgevonden, een mooi voorbeeld van de hierboven genoemde processen van transfer en transformatie. Van der Lee presenteerde haar visie, met veel mooie foto’s, in twee uitgaven: Allerzielen Alom (Lee, 2008) en De muze van het herdenken (Lee, 2010). Aandacht voor muziek en rouwrituelen, vanuit het perspectief van de Evangelischen Kirche in Deutschland, zien we in de studie van Stephan Reinke (Reinke, 2010).
Aandacht voor de heilzame werking van rituelen
Een trend die nauw samenhangt met de hiervoor genoemde trends, maar die ik toch apart wil noemen, is de aandacht voor de heilzame werking van rituelen. ‘Heil en heling’ komt bij de analyse en interpretatie van tal van rituelen aan de orde. Bij rituelen rondom de dood en herdenkingsrituelen zijn troost en coping belangrijke functies. Ook bij plaatsgebonden rituelen, bijvoorbeeld in relatie tot monumenten, is dit vaak het geval. De reden dat ik ‘heil en genezing’ toch als specifieke trend wil noemen, is het feit dat deze functionele benadering van het ritueel, gericht op genezing, coping of welzijn, expliciet gethematiseerd wordt in enkele uitgaven. Een van deze uitgaven is de bundel Ritualiteit tussen heil en heling (Uden & Pieper, 2012). In deze bundel wordt onder meer aandacht besteed aan bidden als interventie in de geestelijke gezondheidszorg, helende monumenten en de kracht van dagelijkse rituelen binnen de islam. In de dissertatie van Peter de Rijk (Rijk, 2010) staat de vraag naar de vorm en de functie van het bidden in de geestelijke gezondheidszorg centraal. De Rijk ontwikkelde een bidcursus die patiënten in staat stelt hun religie beter te benutten voor hun welbevinden en herstel.
Aandacht voor de liturgievernieuwing in de Rooms-Katholieke Kerk na het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965)
In 2012 werd herdacht dat het Tweede Vaticaans Concilie vijftig jaar geleden zijn aanvang nam. In de periode 1962-1965 kwamen de bisschoppen van over de hele wereld enkele malen bijeen in Rome en bespraken zij diverse thema’s, uiteenlopend van liturgie tot missie, de relatie met andere denominaties en religies, en de positie van de kerk in de wereld. Ter herdenking van deze vijftigste verjaardag verschenen diverse publicaties.
De resultaten van de liturgievernieuwing sinds Vaticanum II worden in diverse uitgaven gepresenteerd en geëvalueerd. In Liturgie op maat beschrijven diverse auteurs hoe de liturgie in steeds verdere mate is geïncultureerd (Tongeren, 2009). Gerard Rouwhorst, Huub Oosterhuis en anderen beschrijven hoe de liturgie steeds meer ‘ter plaatse’ bepaald wordt (Oosterhuis, 2010). De vernieuwingen in de liturgie van met name de contemplatieve kloosters, die ook invloed heeft gehad op de parochieliturgie, worden verslagen in de bundel Godlof! (Tongeren, 2007a). Het werk van Romano Guardini en Lambert Beauduin, die beiden een belangrijke rol speelden in de Liturgische Beweging die voorafging aan het Tweede Vaticaans Concilie, wordt opnieuw voor het voetlicht gebracht (Debuyst & Zahner, 2009; Mortiau, Loonbeek & Meeuws, 2009).
De receptiegeschiedenis van Vaticanum II is niet onproblematisch. Toespitsend op liturgie kunnen we zeggen dat er enerzijds stromingen zijn die de vernieuwing van de liturgie, zoals die vanaf de jaren zestig gestalte heeft gekregen, als veel te radicaal en vergaand beschouwen, anderzijds stromingen die pleiten voor een voortgaande hervorming van de liturgie en verdere inculturatie (zie o.a. Marini, 2010). Een vertegenwoordiger in het Nederlands taalgebied van deze laatste stroming is Gerard Lukken, emeritus hoogleraar liturgiewetenschap. Hij publiceerde in 2010 het boek Met de rug naar het volk (Lukken, 2010). Direct aanleiding voor dit boek was het besluit van paus Benedictus XVI de oude, buiten werking gestelde Tridentijnse liturgie weer toe te staan (zie ook Klöckener, Kranemann & Häussling, 2008; Kunzler, 2008). Lukken is in gesprek met de zogenoemde Hervorming-van-de-hervormingsbeweging en stelt dat naar zijn mening het concilie ten onrechte getemd wordt als sterk beïnvloed door het optimisme van de jaren zestig. Een dergelijke, negatieve evaluatie van de liturgievernieuwing wordt gegeven door Jo Hermans, de secretaris van de Nationale Raad voor Liturgie (Hermans, 2011b).
Een positieve benadering van de resultaten van de liturgievernieuwing vinden we bij Paul de Clerck, oud-directeur van het Institut Supérieur de Liturgie te Parijs, in zijn boek De liturgie begrijpen (De Clerck, 2010). In tien hoofdstukken doorloopt hij het geheel van de rooms-katholieke liturgie en besteedt daarbij met name aandacht aan de auditieve, visuele en ervaringsgerichte rijkdommen. Aan het slot van zijn boek pleit hij ervoor het pad van de liturgievernieuwing niet te verlaten: “Aan de mensen die vandaag twijfels hebben bij de waarde van de liturgische hervorming, suggereer ik (…) om de uitdagingen in te schatten en om opnieuw kennis te nemen van de levende bronnen van de Liturgische Beweging en haar idealen, en om het hervormingsproject niet te veroordelen op basis van haar onbevredigende realisaties. De fundamenten zijn stevig; het is hun integratie die niet altijd voldoende is geweest. Men verwacht dat elke generatie haar steentje bijdraagt, en een nieuwe adem.” (blz. 172). Kritisch, maar op een opbouwende en gedegen manier, is de studie van Johan te Velde naar de gebedsrichting in met name de rooms-katholieke liturgie. Te Velde constateert dat als resultaat van de liturgievernieuwing de celebrant zich gekeerd heeft naar het volk, ook als hij bidt. Hij pleit voor een herstel van de oude praktijk waarbij celebrant en volk zich gezamenlijk richten naar het oosten (Velde, 2010).
In zijn boek The worship mall besteedt Bryan Spinks, naast een bespreking van vele vormen van postmoderne eredienst, aandacht aan “the Roman Catholic rethinking of Vatican II” (Spinks, 2011). Spinks analyseert de kritiek op de liturgievernieuwing door filosofen en sociologen (K. Flanagan, C. Pickstock, D. Torevell), historici (K. Gamber) en theologen (J. Ratzinger) en concludeert (blz. 211): “The Roman Catholic Church has liturgies in a postmodern world, but cannot claim to have liturgies for a postmodern world.” Daarentegen reflecteren de auteurs van de bundel Zwischen Tradition und Postmoderne op de uitdagingen voor een voortgaande liturgievernieuwing in de huidige, als postmodern getypeerde cultuur (Durst, Münk & Klöckener, 2010).
Programmatisch met het oog op de kerk in de huidige cultuur is de bundel Visioenen van het Tweede Vaticaans Concilie onder redactie van Jan Jacobs, Franck Ploum en Martin Hoondert (Hoondert, Jacobs & Ploum, 2012). In deze bundel wordt de strijd om de ‘juiste’ interpretatie van de documenten van Vaticanum II voor wat betreft de liturgie toegespitst op de vraag naar de verhouding tussen de lokale kerken en de universele kerk (Hoondert, 2012b; Witte, 2012). Aanhakend bij het boek van John Baldovin over de liturgievernieuwing (Baldovin, 2008) pleit Hoondert voor een ‘recatholicizing’ van de liturgie. Het gaat hierbij niet zozeer om een herziening van de liturgische boeken, als wel om het versterken van de liturgische spiritualiteit. Vanuit deze spiritualiteit kan een (kritisch) gesprek gevoerd worden met onze cultuur. Dat is geen (nostalgische) vlucht naar het verleden, noch een kritiekloze omarming van de waarden van onze (westerse) cultuur.
Het boek van Rita Ferrone ten slotte zet de liturgieconstitutie Sacrosanctum Concilium (4 december 1963) centraal in haar boek dat is uitgegeven in de serie Rediscovering Vatican II (Ferrone, 2007). In het vierde deel van haar boek evalueert zij de resultaten van de liturgievernieuwing aan de hand van zeven thema’s: 1. het paasmysterie, 2. liturgie als hoogtepunt en bron van het kerkelijk leven, 3. actieve participatie, 4. ecclesiologie, 5. inculturatie, 6. de vernieuwing van de liturgische boeken, de muziek en de kunsten, 7. liturgische vorming.
Aandacht voor muziek, religie en ritueel
Een laatste trend die ik wil noemen in dit literatuuroverzicht is de aandacht voor muziek als onderdeel van rituelen en als belangrijke ‘drager’ van religie. Ik zeg er in alle eerlijkheid bij dat ik zelf nauw betrokken ben bij deze trend, aangezien mijn onderzoek zich richt op muziek, religie en ritueel. We stuiten hier overigens op een opvallende paradox: muziek is een belangrijk element van rituelen en liturgie en speelt bovendien in vrijwel alle religies een rol, maar wordt in het onderzoek naar rituelen en religie vaak over het hoofd gezien. Eerder werkte ik dit uit in de inaugurele rede die ik uitsprak bij de start van de bijzondere leerstoel ‘Muziek en Christendom’ (vanwege de Nederlandse Sint-Gregoriusvereniging, periode 2007 tot 2012) (Hoondert, 2007). Wel zijn er de hymnologische (zie bijvoorbeeld Pieter Post, 2010) en historische publicaties (zie de gedegen dissertatie van Ruff, 2007; Vernooij, 2011), maar deze richten zich niet op de werking van muziek als ritueel, de muzikale ervaring en de verhouding tussen muzikale en religieuze ervaring (Hoondert, 2010; 2011a; 2011b; Hoondert, Heer & Laar, 2009; Scruton, Meelberg, Hoondert & Vugt, 2010). Uitzondering hierop zijn drie dissertaties: ten eerste die van Mirella Klomp, waarin zij de muziek in twee migrantenkerken als integraal onderdeel van de liturgie bestudeert en daarop ook theologisch reflecteert (Klomp, 2011); ten tweede die van Jochen Kaiser, waarin hij kerkgangers bevraagt op hun beleving van kerkliederen (J. Kaiser, 2012); ten derde die van Andrea Panayiotou, waarin zij liturgische muziek, etniciteit, culturele diversiteit en eenheid (katholiciteit) met elkaar verbindt (Panayiotou, 2011). Ik noem hier ook de bijdrage van Franz Karl Prassl: ‘Liturgie verstehen durch Musik’, in het vijftigste jubileumdeel van het Archiv für Liturgiewissenschaft (Klöckener et al., 2008, 356-370).
Binnen de muziekwetenschap komt er, door de toenemende aandacht voor de context waarin muziek functioneert of functioneerde, ofwel: meer accent op performance dan op de compositie an sich, ook meer aandacht voor ritueel. Voorbeelden hiervan zijn de studies van Emma Dillon naar het motet in de periode 1260-1330 als klankervaring (Dillon, 2012), van Robert Nosow naar de rituele context van het motet in de vijftiende eeuw (Nosow, 2012) en van Christopher Page naar de zangers in het eerste millennium (Page, 2010).
Specifiek gericht op de hedendaagse praktijken van liturgische muziek zijn het directorium van de Noord-Amerikaanse bisschoppenconferentie Sing to the Lord (Bishops, 2008), de vier delen Basiswissen Kirchenmusik (H.-J. Kaiser & Lange, 2009), de studie van Evert van de Poll naar evangelicale liturgie waarin muziek een dominant element is (Van de Poll, 2009), en de bundel Om te gedenken met daarin onder meer een bijdrage over het nieuwe Liedboek van de protestantse kerken dat in mei 2013 is verschenen (Reeling Brouwer & Kloppenburg, 2009).
Tot slot
Naast de hierboven genoemde publicaties blijven er studies over die ik niet kan indelen in een van de genoemde zeven trends. Toch wil ik niet nalaten ze te noemen, niet om volledig te zijn (want dat is een onmogelijke opgave), maar om de breedte van de rituele en liturgische studies te laten zien en eenvoudigweg om goede studies niet ongenoemd te laten. Ten eerste zijn daar de instructieve boekjes van Ko Joosse: Wat is liturgie (Joosse, 2007) en van Bert Kuipers: Zondag gaan we naar de kerk (Kuipers, 2010b). Ten tweede noem ik drie proefschriften van Nederlandse bodem die in het voorgaande nog niet ter sprake kwamen: van Mattijs Ploeger waarin hij een liturgische ecclesiologie ontvouwt vanuit oecumenisch perspectief (Ploeger, 2008), van Petra Versnel-Mergaerts over de geschiedenis van de rooms-katholieke liturgiewetenschap in de periode 1900-1967 (Versnel-Mergaerts, 2009) en van Miranda Klaver over bekering in twee evangelische kerken in Nederland (Klaver, 2011), waarbij ruimte en muziek belangrijke factoren zijn.
Afgesloten: maart 2013
* Ik dank Paul Post, Andries Govaart en Ko Schuurmans voor hun commentaar en suggesties bij een eerdere versie van dit literatuuroverzicht. Ook dank ik de redactie van Handelingen voor hun waardevolle opmerkingen en suggesties.
Martin J.M. Hoondert is universitair docent Muziek, Religie & Ritueel aan de Tilburg School of Humanities. Daarnaast is hij hoofdredacteur van het Gregoriusblad – Tijdschrift voor liturgische muziek en dirigent van het Tilburgse koor Katharsis.
Literatuur
Albers, Ineke (2007). Heilige kracht wordt door beweging losgemaakt. Over pelgrimage, lopen en genezing. [Groningen]; [Tilburg]: Instituut voor Liturgiewetenschap, Rijksuniversiteit Groningen ; Liturgisch Instituut, Universiteit Tilburg.
Albers, Ineke (2009). De dorsvloer van de Jebusiet. De betekenis van heiligdommen in de westerse cultuur. Zoetermeer: Meinema.
Baldovin, John F. (2008). Reforming the liturgy. A response to the critics. Collegeville, MI: Liturgical Press.
Beek, Wouter van (2007). De rite is rond. Betekenis en boodschap van het ongewone. Tilburg: Universiteit van Tilburg.
Bishops, United States Conference of Catholic (2008). Sing to the Lord. Music in divine worship. Washington, D.C.: United States Conference of Catholic Bishops.
Brosius, Christiane & Hüsken, Ute (2010). Ritual matters. Dynamic dimensions in practice. New Delhi: Routledge.
De Clerck, Paul (2010). De liturgie begrijpen (J. Geldhof, trans.). Leuven; Den Haag: Acco.
Debuyst, Federico & Zahner, Walter (2009). Romano Guardini. Einführung in sein liturgisches Denken. Regensburg: Pustet.
Dillon, Emma (2012). The sense of sound. Musical meaning in France, 1260-1330. New York [etc.]: Oxford University Press.
Dun, Theo van (2011). Invoeren in vieren: ritueel-liturgische strategieën. Een onderzoek naar de katholieke kerkdiensten in inrichtingen van Justitie in Nederland. [S.l.]: Uitgave in eigen beheer.
Durst, Michael, Münk, Hans Jürgen & Klöckener, Martin (2010). Zwischen Tradition und Postmoderne: die Liturgiewissenschaft vor neuen Herausforderungen. Freiburg: Paulusverlag.
Ferrone, Rita (2007). Liturgy. sacrosanctum concilium (Rediscovering Vatican II vol.). New York [etc.]: Paulist Press.
Geldhof, Joris (ed.) (2011). Ruimten voor heiliging. Over liturgie, kerkgebouwen en hun interieur. Antwerpen: Halewijn.
Govaart, Andries & Speelman, Willem Marie (2006). Voorgaan met lijf en leden. Kampen: Gooi & Sticht.
Heessels, Meike (2012). Bringing home the dead. Ritualizing cremation in the Netherlands. Nijmegen: s.n.
Henn, Alexander & Koepping, Klaus-Peter (eds.) (2008). Rituals in an unstable world. Contingency, hybridity, embodiment. Frankfurt am Main [etc.]: Lang.
Hermans, Jo (2011a). De liturgie van de uitvaart. Een handboek voor de praktijk. Oegstgeest: Colomba.
Hermans, Jo (2011b). Een halve eeuw liturgievernieuwing volgens Vaticanum II. Evaluatie van enkele krachtlijnen. Communio, 36 (3-4), 214-234.
Hermkens, Anna-Karina, Jansen, Willy & Notermans, Catrien (2009). Moved by Mary. The power of pilgrimage in the modern world. Farnham, England; Burlington, VT: Ashgate.
Hoffsümmer, Willi (2011). 70 Ansprachen mit Symbolen für Trauergottesdienst und Beerdigung. Ostfildern: Matthias-Grünewald-Verlag.
Holsappel-Brons, Johanna Catharina (2010). Ruimte voor stilte. Stiltecentra in Nederland als speelveld van traditie en vernieuwing. [Groningen]; [Tilburg]: Instituut voor Christelijk Cultureel Erfgoed Groningen; Instituut voor Liturgische en Rituele Studies Tilburg.
Hoondert, Martin (2007). Muziek als rituele praktijk. Gelineau herlezen. Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Hoondert, Martin (2008). Literatuurbericht uitvaartrituelen. Eredienstvaardig, 24 (2), 33-37.
Hoondert, Martin (2010). Muziek die er toe doet. Over de ervaring van muziek als betekenisvolle structuur. In: R. Scruton, V. Meelberg & M.
Hoondert (eds.), Meer dan ontspanning alleen. Over het belang van muziek (pp. 65-79). Budel: Damon.
Hoondert, Martin (2011a). Muziek en beleving. Speling, 63 (1), 76-80.
Hoondert, Martin (2011b). Muzikale religiositeit. Een essay over verborgen religiositeit en muziek. In: L. v. d. Tuin & P. v. Zilfhout (eds.), De nieuwe kleren van de keizer (pp. 21-30). Tilburg: Fontys Hogescholen.
Hoondert, Martin (2012a). Literatuurbericht uitvaartrituelen. Eredienstvaardig, 28 (1), 12-15.
Hoondert, Martin (2012b). Liturgische en muzikale repertoires in een globaliserende kerk. In: M. Hoondert, J. Jacobs & F. Ploum (eds.), Visioenen van het Tweede Vaticaans Concilie (pp. 129-141). Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Hoondert, Martin, Heer, Anje de & Laar, Jan D. van (eds.) (2009). Elke muziek heeft haar hemel. De religieuze betekenis van muziek. Budel: Damon.
Hoondert, Martin, Jacobs, Jan & Ploum, Franck (eds.) (2012). Visioenen van het Tweede Vaticaans Concilie. Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Hüsken, Ute (ed.) (2007). When Rituals go Wrong. Mistakes, Failure, and the Dynamics of Ritual (Numen Book series vol. 115). Leiden: BRILL.
Hüsken, Ute & Neubert, Frank (2012). Negotiating rites. New York [etc.]: Oxford University Press.
Immink, Gerrit (2011). Het heilige gebeurt. Praktijk, theologie en traditie van de protestantse kerkdienst. Zoetermeer: Boekencentrum.
Joosse, Ko (2007). Wat is liturgie? Betekenis en achtergronden van de christelijke eredienst (Liturgie-catechese vol. 2). Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Juchtmans, G. (2008). Rituelen thuis: van christelijk tot basaal sacraal. Een exploratieve studie naar huisrituelen in de Tilburgse nieuwbouwwijk De Reeshof (Netherlands studies in ritual and liturgy vol. 8). Groningen; Tilburg: Instituut voor Liturgiewetenschap, Rijksuniversiteit Groningen; Liturgisch Instituut, Universiteit Tilburg.
Kaiser, Hans-Jürgen & Lange, Barbara (eds.) (2009). Basiswissen Kirchenmusik. Ein ökumenisches Lehr- und Lernbuch in vier Banden. Stuttgart: Carus-Verlag.
Kaiser, Jochen (2012). Religiöses Erleben durch gottesdienstliche Musik. Eine empirisch-rekonstruktive Studie (Arbeiten zur Pastoraltheologie, Liturgik und Hymnologie vol. 17). Göttingen: Vandenhoeck & Ruprecht.
Klaver, M. (2011). This is my desire. A semiotic perspective on conversion in an evangelical seeker church and a pentecostal church in the Netherlands. Amsterdam: Pallas Publications/Amsterdam University Press.
Klöckener, Martin, Kranemann, Benedikt & Häussling, Angelus A. (2008). Liturgie verstehen. Ansatz, Ziele und Aufgaben der Liturgiewissenschaft (Archiv fur Liturgiewissenschaft vol. 50). Fribourg: Academic Press.
Klomp, Mirella Christianna Maria (2011). The sound of worship: liturgical performance by Surinamese Lutherans and Ghanaian Methodists in Amsterdam (Liturgia condenda vol. 26). Leuven [etc.]: Peeters.
Kranemann, Benedikt (ed.) (2012). Liturgie und Migration. Die Bedeutung von Liturgie und Frömmigkeit bei der Integration von Migranten im deutschsprachigen Raum (Praktische Theologie heute vol. 122). Stuttgart: Kohlhammer.
Kranemann, Benedikt & Post, Paul (2009). Die modernen "Ritual Studies" als Herausforderung für die Liturgiewissenschaft / Modern ritual studies as a challenge for liturgical studies (Liturgia condenda vol. 20). Leuven [etc.]: Peeters.
Kreinath, Jens, Snoek, Jan & Stausberg, Michael (eds.) (2006). Theorizing rituals. Issues, topics, approaches, concepts (Numen Book Series vol. 114/1). Leiden; Boston: Brill.
Kroesen, Justin (2009). Staging the liturgy. The medieval altarpiece in the Iberian peninsula (Liturgia condenda vol. 22). Leuven [etc.]: Peeters.
Kroesen, Justin & Steensma, Regnerus (2012). The interior of the medieval village church. Second revised and expanded edition. Leuven [etc.]: Peeters.
Kroesen, Justin & Steensma, Regnerus (eds.) (2008). De Groninger cultuurschat. Kerken van 1000 tot 1800. Assen: Van Gorcum & Comp. b.v.
Kuipers, Bert (2010a). 12 jaar museumvieringen in museum Boijmans van Beuningen. Den Haag: Prof. dr. G. van der Leeuw stichting.
Kuipers, Bert (2010b). Zondag gaan we naar de kerk. Over geloven, vieren en ontmoeten. Zoetermeer: Boekencentrum.
Kunzler, Michael (2008). Die "Tridentinische" Messe. Aufbruch oder Rückschritt? Paderborn: Bonifatius.
Lee, Ida van der (2008). Allerzielen Alom. Kunst tot herdenken. Zoetermeer: Meinema.
Lee, Ida van der (2010). De muze van het herdenken. Vijf jaar Allerzielen Alom. Zoetermeer: Meinema.
Lukken, Gerard (2010). Met de rug naar het volk. Liturgie in het spanningsveld van restauratie en vernieuwing (Meander vol. 13). Heeswijk; Averbode: Abdij van Berne; Altiora.
Margry, Peter Jan (2008). Shrines and pilgrimage in the modern world. New itineraries into the sacred. Amsterdam: Amsterdam University Press.
Margry, Peter Jan & Sánchez-Carretero, Cristina (eds.) (2011). Grassroots memorials. The politics of memorializing traumatic death. New York, NY [etc.]: Berghahn Books.
Marini, Piero (2010). Een uitdagende hervorming. De liturgische vernieuwing realiseren (J. Lamberts, trans.). Averbode; Heeswijk: Averbode; Uitgeverij Abdij van Berne.
McCall, Richard D. (2007). Do this. Liturgy as performance. Notre Dame, Ind: University of Notre Dame Press.
Michaels, Axel (ed.) (2010-2011). Ritual dynamics and the science of ritual. Wiesbaden: Otto Harrassowitz.
Mortiau, Jacques, Loonbeek, Raymond & Meeuws, Wouter (2009). Dom Lambert Beauduin (1873-1960). Stichter van Chevetogne, voorloper met een wijde blik. Nijmegen; Paris: Valkhof Pers; Éditions de Chevetogne.
Muth, Ekkehard (2009). De rijkdom van het ritueel: naar een levende liturgie. Kampen: Kok.
Nosow, Robert Michael (2012). Ritual meanings in the fifteenth-century motet. New York: Cambridge University Press.
Oosterhuis, Huub e.a. (2010). Liturgie ter plaatse. Vieren in plaatselijke geloofsgemeenschappen (Liturgie-catechese vol. 6). Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Page, Christopher (2010). The Christian west and its singers: the first thousand years. New Haven: Yale University Press.
Panayiotou, Andrea Christine (2011). An examination of pre- and post-Vatican II music for the Roman Catholic liturgy. Ethnic diversity as a vehicle of unity.
Ploeger, Mattijs (2008). Celebrating church. Ecumenical contributions to a liturgical ecclesiology (Netherlands Studies in Ritual and Liturgy vol. 7). Groningen; Tilburg: Instituut voor Liturgiewetenschap; Liturgisch Instituut.
Poll, Evert W. van de (2009). Samen in de naam van Jezus. Over evangelische liturgie en muziek. Zoetermeer: Boekencentrum.
Post, Paul (2003). Ritual studies. Einführung und Ortsbestimmung im Hinblick auf die Liturgiewissenschaft. Archiv für Liturgiewissenschaft, 45 (1), 21-45.
Post, Paul (2006). Liturgische bewegingen. Thema's, trends en perspectieven in tien jaar liturgiestudie: een literatuurverkenning 1995-2005. Zoetermeer: Meinema.
Post, Paul (2007). Plaatsen van handeling. Literatuurbericht liturgische en rituele studies. Praktische theologie, 34 (4), 480-502.
Post, Paul (2009). Über de Liturgische Bewegung hinaus... Ein Literaturbericht zu neueren liturgie- und ritualwissenschaftlichen Studien aus niederländischer Perspektive (2005-2007). Archiv für Liturgiewissenschaft, 51, 66-95.
Post, Paul (2010). Voorbij het kerkgebouw: de speelruimte van een ander sacraal domein. Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Post, Paul & Molendijk, Arie (2010). Holy ground. Re-inventing ritual space in modern western culture (Liturgia condenda vol. 24). Leuven; Walpole, MA: Peeters.
Post, Paul, Molendijk, Arie L. & Kroesen, Justin (2011). Sacred places in modern western culture. Leuven [etc.]: Peeters.
Post, Paul & Schuurmans, Ko (eds.) (2006). Op bedevaart in Nederland. Betekenis en toekomst van de regionale bedevaartplaats (Meander vol. 8). Kampen: Gooi & Sticht.
Post, Pieter (2010). Geschiedenis van het doopsgezinde kerklied (1793-1973): van particularisme naar oecumeniciteit. Hilversum: Verloren.
Quartier, Thomas (2011). Die Grenze des Todes. Ritualisierte Religiosität im Umgang mit den Toten. Münster: LIT.
Reeling Brouwer, Rinse & Kloppenburg, Wim (2009). Om te gedenken. Over de noodzaak van liturgie. Kampen: Kok.
Reinke, Stephan A. (2010). Musik im Kasualgottesdienst. Funktion und Bedeutung am Beispiel von Trauung und Bestattung. Göttingen: Vandenhoeck & Ruprecht.
Remery, Michel (2011). Mystery and matter. On the relationship between liturgy and architecture in the thought of Dom Hans van der Laan OSB (1904-1991). Leiden [etc.]: Brill.
Rijk, Peter de (2010). Bidden in de GGZ. Ontwikkeling en evaluatie van een cursus 'bidden' als interventie in de geestelijke gezondheidszorg. Delft: Eburon.
Rituelen rond het levenseinde (2008). Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Ruff, Anthony (2007). Sacred music and liturgical reform. Treasures and transformations. Chicago: Hillenbrand Books.
Scruton, Roger, Meelberg, Vincent, Hoondert, Martin J. M. & Vugt, J. P. A. van (2010). Meer dan ontspanning alleen: over het belang van muziek. Budel; Nijmegen: Damon ; Soeterbeeck Programma.
Seligman, Adam, Weiler, Robert, Puett, Michael & Simon, Bennett (eds.) (2008). Ritual and its consequences. An essay on the limits of sincerity. Oxford; New York: Oxford University Press.
Spinks, Bryan D. (2011). The worship mall. Contemporary responses to contemporary culture. New York: Church Pub.
Stancliffe, David (2009). Kerken: gebouwen, architectuur, liturgie (T. Roozenboom, trans.). Baarn: Forte.
Stengs, Irene (ed.) (2012). Nieuw in Nederland. Feesten en rituelen in verandering. Amsterdam: Amsterdam University Press.
Tongeren, Louis van (ed.) (2007a). Godlof! Kloosterliturgie in beweging: 40 jaar Intermonasteriële Werkgroep voor Liturgie (Meander vol. 10). Kampen: Gooi en Sticht.
Tongeren, Louis van (ed.) (2007b). Vaarwel. Verschuivingen in vormgeving en duiding van uitvaartrituelen (Meander vol. 9). Kampen: Gooi en Sticht.
Tongeren, Louis van (ed.) (2009). Liturgie op maat. Vieren in het spanningsveld van eenheid en veelkleurigheid (Meander vol. 12). Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Tongeren, Louis van (ed.) (2010). Patterns and persons. A historiography of liturgical studies in the Netherlands in the twentieth century (Liturgia condenda vol. 25). Leuven [etc.]: Peeters.
Tongeren, Louis van & Post, Paul (2011). Voorbij de liturgiewetenschap. Over het profiel van liturgische en rituele studies. Groningen; Tilburg: Instituut voor Christelijk Cultureel Erfgoed, Rijksuniversiteit Groningen; Instituut voor Liturgische en Rituele Studies, Universiteit van Tilburg.
Tonnaer, Judith (2010). Bomen voor het leven. Een studie naar een hedendaags collectief herdenkingsritueel voor overleden kankerpatiënten. [Groningen]; [Tilburg]: Instituut voor Christelijk Cultureel Erfgoed Groningen; Instituut voor Liturgische en Rituele Studies Tilburg.
Uden, M. H. F. van & Pieper, Jos (2012). Ritualiteit tussen heil en heling. Tilburg: KSGV.
Velde, Johan te (2010). Bidden naar het oosten. Gebedsrichting in spiritualiteit en liturgie. Nijmegen: Valkhof Pers.
Venbrux, Eric, Heessels, Meike & Bolt, Sophie (eds.) (2008). Rituele creativiteit. Actuele veranderingen in de uitvaart- en rouwcultuur in Nederland. Zoetermeer: Meinema.
Vernooij, A. (ed.) (2011). Canon van de rooms-katholieke kerkmuziek in Nederland. Utrecht: Gooi en Sticht.
Versnel-Mergaerts, Petra (2009). Van rubriekenjager tot wetenschappelijk grensganger. Wordingsgeschiedenis van de liturgiewetenschap (1900-1967) aan de katholieke theologische opleidingen in Nederland in zes portretten. [Groningen]; [Tilburg]: Instituut voor Christelijk Cultureel Erfgoed Groningen; Instituut voor Liturgische en Rituele Studies Tilburg.
Versnel-Mergaerts, Petra & Tongeren, Louis van (2011). Heilig, heilig, heilig. Over sacraliteit in kerk en cultuur (Meander vol. 14). Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Witte, Henk (2012). De universele kerk en de lokale kerken. In M. Hoondert, J. Jacobs & F. Ploum (eds.), Visioenen van het Tweede Vaticaans Concilie (pp. 119-127). Heeswijk: Uitgeverij Abdij van Berne.
Wojtkowiak, Joanna (2012). "I'm dead, therefore I am". The postself and notions of immortality in contemporary Dutch society. Nijmegen: s.n.